Ga met ons mee, goede Herder, deel ons menselijk bestaan.Ga ons voor, goede Herder, leid ons naar nieuwe bronnen van leven en geluk. Ga op zoek, goede Herder, red ons uit onze verlorenheid.
Johannes 10, 1-10: De deur staat open.
“Waarachtig, Ik verzeker u: wie niet door de deur de hof van de schapen binnenkomt, maar naar binnen klimt op een andere plaats, kan alleen maar een dief zijn en een bandiet. Wie wel door de deur binnenkomt, is de herder van de schapen. Voor hem doet de deurwachter open en de schapen horen zijn stem. Zijn schapen roept hij ieder bij zijn naam, en hij brengt ze naar buiten. En als hij zijn schapen allemaal naar buiten heeft gebracht, trekt hij voor hen uit, en de schapen volgen hem omdat ze zijn stem kennen. Een vreemde echter zullen ze nooit volgen; integendeel, ze gaan voor hem op de vlucht, omdat ze de stem van vreemden niet kennen.” In deze versluierde taal sprak Jezus hen toe, maar ze – enkele farizeeën die in de buurt waren – begrepen niet wat Hij hun te zeggen had.
Jezus ging dus verder: “Waarachtig, Ik verzeker u: Ik ben de deur voor de schapen. Al diegenen die voor Mij zijn gekomen, zijn dieven en bandieten, naar hen hebben de schapen niet geluisterd. Ik ben de deur, wie door Mij binnenkomt zal gered worden: die kan vrij in en uitgaan en zal weidegrond vinden. Een dief komt alleen maar om te roven en te slachten, en om verloren te laten gaan; Ik ben gekomen opdat ze leven mogen bezitten en wel in overvloed.”
Overweging
Jezus zegt van zichzelf dat Hij de deur is. In het verhaal blijkt het om de deur van een schaapsstal te gaan. Het is nogal een ongewone manier om over zichzelf te spreken tot je stilstaat bij wat een deur eigenlijk betekent.
Jezus is de getuigenis van een heldhaftige liefde. God is onze herder en heeft er alles voor over om goed voor zijn schapen te kunnen zorgen. Jezus gebruikt het beeld van de goede herder om zijn relatie met de mensen te illustreren. Wij zijn schapen en volgen Hem omdat we zijn stem herkennen. Het in en uitgaan geeft de vrijheid van ons, gelovigen, aan.
De schaapsstal staat voor het Rijk Gods. De deur is de deur van ons hart en die kan alleen maar van binnenuit open gemaakt worden. Wanneer Jezus ons vergelijkt met schapen dan gaat het over een relatie van dialoog, van zorg en liefde, zodat ook wij door de deur kunnen binnengaan.
In ons leven staat Jezus aan de deur van ons hart. Hij vraagt, Hij nodigt uit, Hij confronteert, Hij roept op….. Hij staat voor de deur maar dringt zich niet op. Jezus roept ons in ons leven wel op om rekening te houden met God en met onze medemensen door solidair te zijn met onze naasten in moeilijkheden, zeker in deze coronatijd. Hij laat ons echter vrij om daar al dan niet op in te gaan. De deur kan dicht zijn, dicht blijven, de deur kan op een kier staan, maar ook wagenwijd openstaan. Hij laat de keuze aan ons. Wijzelf zijn het die de deur van ons hart moeten openen.
De Goede Herder kent zijn kudde en begeleidt haar vol liefde. Jezus heeft het over schapen, over mensen, en wilt dat elk schaap het zo goed mogelijk heeft. Hij nam zijn verantwoordelijkheid en was in staat zichzelf te geven.
De schaapsstal met Jezus als deur leidt ons naar het leven in al zijn volheid. Jezus is de van God gezonden herder die zorg wil dragen voor mensen. Daarom deelde Hij ons menselijk bestaan en nam zelfs de last van onze zonden op zich. Hij schenkt ons levenskansen en biedt ons het verreikend perspectief aan van ons intreden in Gods heerlijk leven.
Laten wij ons naar zijn voorbeeld ons hart openen en ons inzetten voor onze medemensen.
Psalm 23
De Heer is mijn Herder.
Hij wijst mij waar groene weiden zijn.
Hij brengt me bij water.
Ik moet geen schrik hebben van het kwade,
want mijn Heer is altijd nabij.
Lydia Nijs, lid van de liturgische ploeg